Spelende kinderen hebben ongedwongen plezier en een hoop creatieve energie. Ze zijn heel intens in hun spel en nemen zo de wereld waar met al haar mogelijkheden en grenzen. Voor mij weerspiegelen mijn kinderen hoe ik zelf graag in mijn leven en werk wil staan: Nieuwsgierig, speels, transparant, en onbevooroordeeld.
Spelen wij eigenlijk wel genoeg? Over het nut en de noodzaak van voldoende speelruimte in ons dagelijkse leven en werk.
Spelen als basis voor groei en ontwikkeling
Kinderen spelen omdat ze het leuk vinden, maar ze leren er ook van. Ze experimenteren met gedrag dat ze normaal niet zouden durven (want het is maar spel). Door te spelen doen zij allerlei ervaringen op en verwerken zij hun emoties. Ze leren teleurstellingen verwerken door steeds weer opnieuw de handeling te verrichten. Door dagelijks te spelen ontwikkelen ze uithoudingsvermogen en leren ze juist die vaardigheden die nodig zijn om onafhankelijk en met een eigen verantwoordelijkheidsgevoel nieuwe situaties aan te gaan.
Spelen als basis voor onze cultuur en eigenheid
Volgens historicus Johan Huizinga is de mens eerst en vooral een spelend wezen (‘Homo Ludens’ = De Spelende Mens). Voor hem stond het cultuurwetenschappelijk vast dat als de mogelijkheid tot spelen onder druk komt te staan, onze hele cultuur in het geding is. “Spel is datgene wat zich voordoet als mensen hun primaire behoeften hebben bevredigd, en staat daardoor aan de basis van alle cultuur. Er zijn wel voorwaarden aan verbonden. Het spel moet een vrije handeling zijn, er mag geen direct nut of materieel belang aan zijn verbonden en het moet ordelijk verlopen.”
Spel als de basis voor plezier en persoonlijke effectiviteit
In zijn zoektocht naar vrijheid en autonomie speelt de Spelende Mens eigenlijk één universeel spel. Een spel dat je speelt voor je plezier, maar ook tot doel kan hebben om bepaalde vaardigheden of kennis te vergroten. Leren door te doen, er zin in krijgen, experimenteel zelf ontdekken, ervaren en vaststellen wat in jouw eigen werkpraktijk wel en niet werkt.
Spel als de basis voor effectieve communicatie en samenwerking
Spelenderwijs ontwikkelen mensen het vermogen om snel te anticiperen op gebeurtenissen, de relatie te leggen tussen wat we zien, voelen, denken en doen. Door eens een andere rol te spelen leert de Spelende Mens om zich in een ander te verplaatsen en ervaart hoe die ander zich zal voelen in een bepaalde situatie. Zo krijgt hij inzicht in zijn eigen emoties maar ook in die van anderen, wat bijdraagt aan het inlevingsvermogen en begrip voor elkaar. Zo leren wij om ook rekening te houden met elkaar, want als je alleen doet wat je allemaal zelf wilt komen we niet tot gezamenlijk spel.
Elke verandering in de bestaande spelregels, procedures of werkwijze betekent feitelijk ook een verandering in de heersende organisatiecultuur. Het probleem bij verandering is meestal ook niet zo zeer de goede wil van mensen, maar veel eerder het gebrek aan (speel-)ruimte die mensen ervaren óf nemen om zelf te kunnen ontdekken wat zij in hun werk belangrijk vinden: Waar kom jij je bed voor uit? Waar hecht jij waarde aan? Waar wil jij voor gaan? Wat heb jij nodig om effectief en plezierig te kunnen werken?
En last but not least: Speel jij wel genoeg?
Zie ook: De Spelende Mens Een observerende film die de kijker meeneemt in de belevingswereld van de spelende mens, op zoek naar vrijheid.